6 juli 2017
Voor het inventariseren van veel voorkomende beschermde soorten zoals gierzwaluw, huismus, rugstreeppad en grote modderkruiper zijn nu protocollen beschikbaar. De protocollen ondersteunen het aanvragen van een Omgevingsvergunning en van een ontheffing voor de Wet natuurbescherming. Het Netwerk Groene Bureaus stelde de inventarisatieprotocollen op.
Doel van de protocollen
De protocollen beschrijven de benodigde onderzoeksinspanning om de aanwezigheid van een beschermde soort te kunnen uitsluiten. Hoe vaak moet je op een bepaalde plek zoeken om voldoende zeker te weten dat een soort op die plek wel of niet voorkomt? Informatie over het voorkomen van beschermde soorten is nodig voor een ontheffing voor de Wet natuurbescherming of het verkrijgen van een Verklaring Van Geen Bezwaar bij de Omgevingsvergunning. De protocollen zijn gebaseerd op deskundigheid van de leden van het Netwerk Groene Bureaus, overleg met soortenorganisaties en literatuur. De protocollen vormen een richtlijn voor onderzoek. Beargumenteerd afwijken op ecologische gronden is mogelijk.
Status van de protocollen
De inventarisatieprotocollen zijn een eerste versie. Verdere ontwikkeling via jaarlijkse evaluaties van het gebruik en via gericht onderzoek is vereist. Het Netwerk Groene Bureaus streeft naar formele vaststelling van de inventarisatieprotocollen door het bevoegd gezag. Na vaststelling en de evaluatie van het gebruik zal het Netwerk Groene Bureaus zijn leden naar verwachting verplichten tot het gebruik van deze protocollen. De protocollen zijn beschikbaar op de website van het Netwerk Groene Bureaus.
Meer protocollen nodig
De gepubliceerde protocollen hebben betrekking op negentien soorten die vaak voorkomen bij onderzoeken in het kader van natuurwetgeving, zoals gierzwaluw, huismus, rugstreeppad en grote modderkruiper. Al eerder kwam het vergelijkbare 'vleermuisprotocol' voor de inventarisatie van (zeventien) soorten vleermuizen beschikbaar. Het Netwerk Groene Bureaus werkt nu aan protocollen voor kleine marterachtigen en wettelijk beschermde insecten. Protocollen zijn nog nodig voor onder meer knoflookpad, muurhagedis en beekprik.